2

Dat de zomer tot nu toe wisselvallig aan het verlopen is, mag gerust gezegd worden. Met een komen en gaan van lagedrukgebieden weten regenzones keer op keer de Benelux te bereiken. Dat dit patroon zo standvastig is, is opvallend en nodigt uit om uit te proberen zoeken wat hierachter zou kunnen zitten. Gastauteur Stan Kooremans dook in een wetenschappelijke paper die een mogelijke verklaring kan opleveren.

Zeer warme oceaan

Een eerste zaak die opvalt, en die verder besproken zal worden in dit artikel, is de zeer warme Noord-Atlantische Oceaan, zoals wel blijkt uit de grotendeels oranje tot zelfs rode kleuren rechtsboven op onderstaande kaart.

De huidige afwijkingen van de oceaantemperaturen wereldwijd, voor 14 juli 2024. Gele, oranje en rode kleuren wijzen erop dat het water warmer is dan normaal, terwijl blauwe kleuren inhouden dat het water juist kouder is dan normaal.

Deze warmte is extreem en past uiteraard in het kader van de huidige klimaatopwarming, zeker na de sterke El Niño van 2023/2024, die de wereldtemperatuur opnieuw tot recordhoogtes bracht. Nu is het interessant om eens in de literatuur te duiken en zelfstandig met data aan de slag te gaan om te zien wat voor impact zo’n warme oceaan zou kunnen hebben op ons zomerweer.

Een grootschalige Euroaziatische circulatie

Een heel interessante paper die meer informatie hierover kan geven was een paper door Yang & Wang uit 2022 met als titel ‘The summertime circulation types over Eurasia and their connections with the North Atlantic Oscillation modulated by North Atlantic SST’. Deze paper legt een bepaalde circulatie (Circulation Index (CI)) uit, die aan de basis kan liggen van een grootschalig patroon dat impact heeft van West-Europa tot in het verre oosten van Rusland.

Daarna laten ze zien dat deze circulatie mogelijk beïnvloed wordt door wat er rond de Atlantische Oceaan gebeurt, meer bepaald de oceaantemperaturen en de Noord-Atlantische Oscillatie (NAO). (De NAO is één van de meest belangrijkste circulaties voor West-Europa, maar daar ga ik een andere keer graag dieper op in.)

Atmosferische golven

De link tussen de oceaantemperaturen en de CI zou zijn, dat de oceaantemperaturen (deels via de NAO) bepaalde atmosferische golven (Rossby-golven) zodanig beïnvloeden dat een bepaalde ligging van hogedrukgebieden en lagedrukgebieden tot stand komt, die dus overeenkomt met een bepaalde CI-fase.

De wetenschappers tonen twee fases: de eerste fase (de eerste kaart onderaan) heet de ‘Double-Ridge’ (DR-type), de tweede fase (de tweede kaart onderaan) wordt de ‘Double-Trough’ (DT-type) genoemd. De DR-type kenmerkt zich door hogedruk (een positieve geopotentiaalhoogte) boven Oost-Europa en het verre oosten van Rusland ten noorden van Japan, en lagedruk (een negatieve geopotentiaalhoogte) boven Noord-Rusland.

De afwijkingen van de geopotentiaalhoogte voor Europa en Azië voor het DR-type. Rode kleuren betekenen hogere dan normale geopotentiaalhoogtes, terwijl blauwe kleuren lagere dan normale geopotentiaalhoogtes inhouden. De zwarte vierkant rechts duidt onze regio (West-Europa) aan, terwijl ook is aangeduid waar Rusland en Japan liggen.
De afwijkingen van de geopotentiaalhoogte voor Europa en Azië voor het DT-type.

Wat kan de impact op Europa zijn?

Zoals gezien kan worden op bovenstaande twee figuren, zijn ook boven West-Europa en zelfs Noord-Europa en de Atlantische Oceaan effecten te zien. Bij een DR-type lijken de geopotentiaalhoogtes over het algemeen lager te zijn boven West-Europa. Dit komt meestal overeen met meer lagedruk boven West-Europa, wat dus de kans verhoogt op wisselvallig weer en meer regenfronten in onze regio.

In het geval van de DT-type, zijn de geopotentiaalhoogtes hoger boven West-Europa. Dit komt meestal juist overeen met meer hogedruk boven West-Europa, wat vaak stabieler, warmer en droger weer inhoudt voor de Benelux.

Motor voor wisselvallige zomers?

Wetenschappers keken vervolgens dus met wat voor Noord-Atlantische Oceaantemperaturen de twee fases van de CI voorkwamen. Hieruit bleek dat het DR-type meestal leek voor te komen wanneer de oceaantemperaturen hoger dan normaal waren ten westen van Ierland, Spanje en Marokko, en lagere dan normale oceaantemperaturen voor de Noord-Amerikaanse oostkust.

De afwijkingen van de temperaturen van het oceaanwater voor de Noord-Atlantische Oceaan in het geval van het DR-type. Rode kleuren betekenen hogere dan normale temperaturen van het oceaanwater, terwijl blauwe kleuren lagere dan normale oceaanwatertemperaturen inhouden. Met de temperaturen van het oceaanwater worden de temperaturen aan de oppervlakte van de oceaan bedoeld. De zwarte vierkant rechts duidt onze regio (West-Europa) aan.

De DT-type leek vaker voor te komen bij een omgekeerd patroon, met lagere dan normale oceaantemperaturen ten westen van Ierland en Marokko, en hogere dan normale oceaantemperaturen voor de Noord-Amerikaanse Oostkust.

De afwijkingen van de temperaturen van het oceaanwater voor de Noord-Atlantische Oceaan in het geval van het DT-type.

Wat verder opvalt is een zwak signaal dat de Noord-Atlantische oceaan bij het voorkomen van het DR-type in het algemeen een beetje warmer lijkt te zijn dan wanneer het DT-type zich voordoet. Om vervolgens de lijn door te trekken, zou het dus erop kunnen wijzen dat een warmere dan normale Noord-Atlantische Oceaan de kansen op lagedruk boven West-Europa kan verhogen, waardoor de kans op wisselvalliger weer met meer neerslag in onze regio toeneemt. En die ‘te warme’ Noord-Atlantische Oceaan, is nu net hetgeen wat we momenteel hebben.

Kritische noot

Op basis van de bevindingen van deze paper, lijkt het er dus op dat de zeer warme Noord-Atlantische Oceaan aan de basis kan liggen van het huidige wisselvallige zomerweer boven West-Europa. Maar het is het belangrijk om te benadrukken dat dit maar één paper is. Eigenlijk zouden meer papers moeten bekeken worden of zij met eenzelfde conclusie komen.

Daarnaast leek het erop, na het doen van een kleine analyse met publiekelijk-beschikbare weerdata, dat het huidige patroon van hogedruk- en lagedrukgebieden boven Europa en Azië maar deels overeenkomt met de hierboven geschetste CI-circulatie. Ook, vanuit meer technisch oogpunt bekeken, waren de correlatiecoëfficiënten en afwijkingen die naar voren kwamen in de paper soms wat aan de zwakke kant, wat ook wel blijkt uit het zwakke signaal dat naar voren komt bij de oceaanwatertemperaturen.

Hieruit blijkt maar eens te meer dat conclusies trekken op basis van slechts één deel van het weersysteem de nodige risico’s op fouten met zich meebrengt, en er zullen waarschijnlijk meer oorzaken spelen.

Referentie van de paper:

Yang, Dan, and Lijuan Wang. 2022. “The Summertime Circulation Types over Eurasia and Their Connections with the North Atlantic Oscillation Modulated by North Atlantic SST” Atmosphere 13, no. 12: 2093. https://doi.org/10.3390/atmos13122093

Delen


Verder lezen

Alles bekijken